Facebook, Twitter, Zynga. 2011 was het jaar van de jonge hippe
sociale-mediabedrijven die uiteindelijk de stap naar de beurs maakten.

Maar eenmaal officieel beursgenoteerd en in de publieke schijnwerpers kan het
leven soms tegenvallen. Hoewel Facebook onbetwist het grootste
socialemedianetwerk ter wereld is, incasseert topman en medeoprichter Mark
Zuckerberg op de beurs tegenvaller na tegenvaller. Afgelopen week daalde
het aandeel Facebook tot 19 dollar, terwijl het bedrijf in mei nog voor 38
dollar naar de beurs ging.

Een nieuwe generatie jonge bedrijven zoekt het niet meer in de sociale media
op internet, maar doet iets geheel anders: ontwerp je eigen luxe-kookpan of
speciale polshorloge. Maak een prototype, regel een productielijn in China
en start de verkoop via internet.

Starters in consumentenelektronica

Amerikaanse durfkapitalisten investeren dezer dagen in tientallen bedrijfjes
van jonge ondernemers met slimme ideeën voor consumentenapparaten. En wie
niet meteen geldschieters kan vinden, probeert het via zogenoemde
crowdfunding-websites, waar vele kleine investeringen toch een aardig bedrag
opleveren, zo signaleert zakenkrant The
Wall Street Journal
in een reportage.

Zo zetten Abe Fetterman en zijn vrouw Lisa Qiu afgelopen juni een
hardwarebedrijfje op vanuit hun tweekamerappartement. Hun product: een
kookpan van 359 dollar waarmee je groenten en vlees kunt laten garen in
plastic zakjes die in het water drijven.

Afgelopen maart volgde het echtpaar in de Chinese stad Shenzhen een cursus
over het maken van een prototype en in juni startten ze een wervingsronde op
crowdfundingsites Kickstarter en AngelList. Binnen twee maanden haalden
Fetterman en Qiu 580 duizend dollar op

En daar zit de crux.

Lagere toetredingsdrempel

Consumentenelektronica is traditioneel het terrein is van multinationals als
Philips, die met grote productielijnen werken. Dat gebeurt deels in
lage-lonenlanden, of in het Westen met robots. Zie ook: Robot
versus mens: Philips wint van Apple
.

Maar de kosten van het maken van een prototype zijn de afgelopen jaren
drastisch gedaald. En daarmee de toetredingsdrempel voor starters.

Met de komst van 3D-printers en dienstverleners die starters helpen om hun
productie in landen als China te organiseren, zijn de mogelijkheden voor
nieuwkomers fors toegenomen. Mede omdat het dezer dagen ook mogelijk is om
kleinere reeksen te laten fabriceren van duizend tot tweeduizend stuks.

Durfkapitalist Rob Coneybeer stelt tegenover The Wall Street Journal dat de
kosten voor het maken van een prototype in de consumentenelektronica nog
maar 500 duizend tot één miljoen dollar bedragen. Tien jaar geleden lagen
deze kosten naar schatting op 20 tot 25 miljoen dollar.

Democratisering

Al deze ontwikkelingen samen openen een nieuwe wereld voor starters die met
één of twee producten willen beginnen: de financieringskosten zijn beter
behapbaar, productie wordt uitbesteed in Azië, het is niet nodig om hoge
voorraden aan te houden, verkoop vindt plaats via internet.

Of zoals Naval Ravikant, medeoprichter van de crowdfundingsite AngelList, het
formuleert tegenover de zakenkrant: ondernemerschap voor hardwarefabrikanten
wordt op deze manier gedemocratiseerd.

Lees ook:

Zo regel je financiering zonder een bank

'Facebook treft Nederlandse pensioenen'

Silk: Nederlands bedrijf haalt 1,3 miljoen euro op in
Silicon Valley

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl